proefdruk
Tijdens het fin de siècle was de kunstenaar meer dan ooit betrokken bij de totstandkoming van zijn prenten.
Gezien de complexiteit van technieken als de kleurenlithografie was een intensieve samenwerking met een professionele drukker echter onontbeerlijk. Zij maakten samen een lange rits proefdrukken, die het bewerkelijke proces van ontwerptekening naar uiteindelijke prent inzichtelijk maken.
Het Van Gogh Museum bezit een aanzienlijke collectie van dergelijke drukken, van een eerste afdruk in zwart vanaf de sleutelsteen tot experimenten met verschillende tinten inkt en kleurkrijt.
-
Intensieve dialoog
In de ideale situatie stonden kunstenaar en drukker zij aan zij bij de pers te werken aan een prent. In de praktijk was het echter vaak nodig om van een afstand te communiceren.
De meester-drukker Auguste Clot voerde een intensieve dialoog met zijn kunstenaars via talloze proefdrukken. De kunstenaar krabbelde instructies of tekende in krijt aanpassingen op de druk, die Clot dan doorvoerde in een nieuwe druk, enzovoort.
Pas als de kunstenaar helemaal tevreden was, gaf hij zijn zegen aan de definitieve oplage met de woorden ‘bon à tirer’.
-
Unieke verzamelobjecten
Terwijl de uiteindelijke editie van een prent vaak in een oplage van honderd werd uitgebracht, was de proefdruk uniek. Dit maakte zo’n exemplaar een zeer begerenswaardig object voor prentenverzamelaars.
De kunstenaar en drukker speelden handig op deze belangstelling in door de proefdrukken zorgvuldig te bewaren en te signeren voor de handel.
Verder lezen
Pat Gilmour (red.), Lasting Impressions. Lithography as Art, Philadelphia 1988
Marije Vellekoop, ‘Een kijkje in de werkplaats. De techniek van de prentkunst’, in Prentkunst in Parijs. De rage van het fin de siècle, Amsterdam 2013, pp. 44-73
Gilles Genty, Véronique Serrano, L'oeil d'un collectionneur. Les peintres graveurs Bonnard, Vuillard & les Nabis, tent.cat., Milaan (Musée Bonnard) 2014